Delier in de palliatieve fase
Een delier is een plotseling optredende verwardheid met vaak een lichamelijke oorzaak, zoals een infectie. Het uit zich in gedragsveranderingen of emotionele stoornissen, zoals onrust, wantrouwen of verdriet. Ook kan een patiënt last hebben van hallucinaties. Een delier komt vaak voor in de palliatieve fase, met name in de laatste weken van het leven. Hoe zieker iemand is, hoe groter de kans op een delier, zeker als de stervensfase nadert. Een delier kan een uiterst beangstigende ervaring zijn voor de patiënt en diens naasten.
Gelukkig komt er steeds meer onderzoek beschikbaar over het ontstaan van delier: waar desintegratie van hersennetwerken, verminderde cerebrale efficiëntie en disfunctionele hersenknooppunten en veranderingen in de balans van neurotransmitters of electrolytstoornissen een rol spelen. Deze desintegratie is al aanwezig in de prodromale fase van een delier. Lichamelijke oorzaken kunnen een transitie naar een volledig delierbeeld veroorzaken. Vroegtijdige herkenning van de prodromale fase is belangrijk omdat er aanwijzingen zijn dat behandeling hiervan effect kan hebben op de gevolgen van een delierperiode.
Klinisch geriater Marijke Baden gaat samen met een verpleegkundig specialist uitgebreid in op ontstaan, symptomen en behandeling van het delier. Een belangrijk webinar gezien het vele voorkomen van de problematiek.
Marijke Baden is klinisch geriater in het Maasstadziekenhuis en voorzitter van de richtlijncommissie 'Delier in de palliatieve fase'.
Accreditatie: aangevraagd bij ABAN, NAPA, VSR, V&VN, SKGV, doktersassistenten, NVvPO.