In de rubriek 'Die ene palliatieve patiënt' vertelt een zorgverlener over een patiënt die indruk heeft gemaakt of een nieuw inzicht heeft gegeven. Deze aflevering met Dyenne van Aalst- Hendrikse. Zij is als verzorgende al dertig jaar actief in een verpleeghuis in Bolsward. Met als specialisatie palliatieve zorg.
‘Ik werk in een kleinschalig huis met op mijn afdeling twaalf patiënten waardoor we veel tijd aan onze bewoners kunnen besteden. Dat is erg fijn. Ik werk vooral met mensen met dementie. Geen dag is hetzelfde. Veel mensen met Alzheimer gaan terug naar hun kindertijd en ik kan daar meestal wel in meegaan. Inmiddels weet ik dat het van groot belang is dat je het verleden van mensen kent. Sinds een paar jaar maken we dan ook van elke bewoner een levensverhaal zodat collega’s dit kunnen inzien. Dat het verleden cruciaal kan zijn bij het sterven leerde ik door een mevrouw die al geruime tijd bij ons woonde. Haar terminale fase vond ik moeilijk. Mevrouw kreeg morfine en was niet meer bij kennis. Zij maakte een angstige indruk en leek te vechten tegen de dood. Ophoging van de morfinedosis had weinig invloed. Haar dochter die dagelijks op bezoek kwam raakte zwaar vermoeid en begon mij na anderhalve week onder druk te zetten: Kun je niet stiekem wat meer geven, ik zeg niks. Ik vond dat heel lastig want ik begreep haar vraag, maar kan dat natuurlijk niet doen. Ik begon mij af te vragen wat mevrouw tegenhield om het leven los te laten. Ik vroeg de dochter of haar moeder misschien vervelende herinneringen heeft die niet verwerkt zijn. Toen vertelde ze dat haar moeder al bijna dertig jaar geen contact meer had met haar zoon in het buitenland. Er zou ruzie zijn geweest. Na een lang gesprek kreeg ik een adres en na veel zoekwerk vond ik een telefoonnummer, maar dat bleek onjuist. We hebben bijna de hele dag gezocht en via de ANWB hebben we de buurman van de zoon kunnen bellen. Vlak voordat mijn dienst ten einde was, kreeg ik gelukkig zelf de zoon aan de lijn. Ik heb vervolgens de telefoon bij het oor van mevrouw gehouden. Hij heeft een paar minuten tegen haar gepraat. Ik krijg er nog kippenvel van als ik het vertel. Een half uur later is mevrouw met een glimlach op het gezicht overleden.’