In aanloop naar het Carend webinar over seksualiteit in de palliatieve fase spraken we met Ines Blitz over haar werk als consulent seksuele gezondheid bij Attent Zorg en Behandeling in Arnhem. Ines is ook geestelijk verzorger.
‘Alle chronische aandoeningen hebben invloed op seksualiteit maar de behoefte aan seksualiteit kan blijven bestaan, ook als je oud of ziek bent. Dat geldt niet voor iedereen en het leeft meestal niet zo sterk als in eerdere levensfasen maar het speelt zeker nog. In het verpleeghuis is er te weinig aandacht voor. Bewoners beginnen er meestal niet zelf over maar zijn vaak wel opgelucht als de zorgprofessional het aankaart. Het is niet een onderwerp om met de kinderen te bespreken en de meeste oude mensen hebben überhaupt niet geleerd om erover te praten. Ik zie een verschil bij mensen van voor de seksuele revolutie en er na. De oudere generaties is bijgebracht dat seks voor de voortplanting is en niet voor plezier. Jongere mensen zijn wat opener. Ik heb een mevrouw begeleid die twee keer weduwe was geworden en seksualiteit belangrijk vond. Haar tweede echtgenoot zei tegen haar dat hij met zijn eerste vrouw alleen maar “erop en eraf” ging en dat hij veel van haar had geleerd.’
Zie je veel verschillen tussen mannen en vrouwen als het om seksualiteit gaat?
‘Ik hoor bij mannen vaker dat ze zich er zorgen over maken. Mensen zitten soms met vragen die ik zelf niet zou bedenken. Een tijdje geleden sprak ik bijvoorbeeld een man die niet meer kon ejaculeren, hij vroeg zich af waar het sperma dan bleef en of zich dat niet ergens ophoopte. Mannen maken zich zorgen over hun mannelijkheid, over het vermogen om een erectie en een orgasme te krijgen. Bij vrouwen gaat het vaker over knuffelen en aanraken. Zij zijn meer gericht op de relatie en de ander plezieren. Daarbij vergeten zij hun eigen genot weleens.’
In het verpleeghuis is er te weinig aandacht voor seksualiteit, kun je dat toelichten?
‘Bewoners lijden onder het gebrek aan privacy, ook als het om soloseks gaat. Ik vertel dan dat zij hun deurhanger met Niet storen ook zelf mogen ophangen en dat ze dat overigens ook kunnen doen als ze even rustig willen lezen of gewoon zin hebben om een poosje ongestoord alleen te zijn. Je moet die behoefte aan privacy niet seksualiseren. Wanneer iemand alleen de deurhanger ophangt als de partner op bezoek is wordt er snel lacherig over gedaan.’
Wat zou er moeten gebeuren om te zorgen dat er meer aandacht komt voor seksualiteit?
‘Het zou goed zijn als professionals meer kennis opdoen en leren dat het een belangrijk levensgebied is. Bij een intake zou gezegd kunnen worden: uw opname heeft gevolgen op allerlei gebieden en ook op uw seksuele gezondheid. U mag daar vragen over stellen en weet dat we daar faciliteiten voor hebben en ook een consulent seksuele gezondheid. Je hoeft als zorgverlener niet per se zelf uitgebreide gesprekken te voeren over seksualiteit maar het is wel belangrijk om het aan te kaarten en mensen te verwijzen.’
Beschikt het verpleeghuis waar jij werkt over een koppelbed?
‘Ja we hebben er zelfs meerdere. Er werd eerst niet zo veel gebruikt van gemaakt. Het heeft veel voeten in de aarde gehad om daar verandering in te brengen. Ik maak weleens mee dat partners niet willen blijven slapen omdat ze denken dat er dan over hen gepraat wordt. En er zijn ook partners die de setting te klinisch vinden, er is echt nog een behoorlijke drempel.’
Worden er ook seksverzorgenden ingezet in het verpleeghuis?
‘Ja, dat gebeurt, ook voor vrouwelijke bewoners. Het valt me op dat medewerkers het soms zien als een makkelijke oplossing, ze hoeven er dan zelf niets mee. Soms is porno kunnen kijken voldoende of dat iemand zelf zijn incontinentiemateriaal open kan maken zodat hij zichzelf kan betasten. Even geen krabpak aan hebben is ook zo’n voorbeeld van een alternatieve oplossing. Je hoeft niet altijd een seksverzorgende in te zetten. Het is voor medewerkers ook belangrijk om te beseffen dat seks gezondheidsvoordelen heeft. Je raakt er ontspannen van, slaapt beter en het werkt soms tegen hoofdpijn. Maar seksverzorgenden kunnen zeker ook een uitkomst zijn. Fantastisch dat er mensen zijn die dat werk willen doen! Een kanttekening is dat veel mensen in het verpleeghuis niet hun eigen financiën beheren, vaak zijn het de kinderen die dat voor hun ouders doen. Dan moet het met de kinderen besproken worden omdat zij de betaling doen. Dat kan voor beide partijen ongemakkelijk zijn.’
Ik las in een interview met een seksverzorgende dat het vaak alleen maar gaat om huid-op-huid contact. Herken je dat?
‘Mensen denken bij seks aan penis-vagina-contact maar het is natuurlijk veel breder. Bij ouderen gaat het minder om prestatie en penetratie en meer om zoenen en strelen. Mannen kunnen niet zo makkelijk een erectie krijgen en vrouwen kunnen last hebben van verminderde lubricatie waardoor penetratieseks pijnlijk kan zijn.’
Kun je iets zeggen over dementie en seksualiteit?
‘Ik werk ook op de afdeling psychogeriatrie en daar word ik nogal eens ingezet bij grensoverschrijdend gedrag. Bij bewoners die seksueel ontremd gedrag vertonen zie je vaak dat zij ook op het gebied van eten of agressie ontremd zijn. Maar mensen met dementie kunnen ook behoefte hebben aan seks en intimiteit. Ik geef regelmatig scholing aan professionals over seksualiteit bewuste bejegening. Daarmee kun je seksueel grensoverschrijdend gedrag voorkomen. Zo ken ik een casus van een demente man die geholpen werd bij douchen en afdrogen. Hij kon dat deels nog zelf maar het ging sneller als een medewerker hem hielp. Een jonge medewerker droogde hem af, ook zijn geslachtsdeel, en ging daarbij door haar hurken waardoor ze met haar gezicht heel dicht bij het kruis van de man kwam. Hij vroeg: “Vind je hem mooi?” Als zij dat afdrogen anders had aangepakt had hij die opmerking waarschijnlijk niet gemaakt.’ Het komt ook voor dat twee demente bewoners verliefd op elkaar worden. Soms is er dan ook nog sprake van een partner thuis. Hoe ga je daarmee om en wat als de een sneller achteruit gaat dan de ander? Er wordt snel vanuit gevaar gedacht als het om dementerenden en seksualiteit gaat. Ik vind dat mensen, en dus ook bewoners met dementie, zelf mogen bepalen bij wie ze willen zijn en op wie ze verliefd worden.’
Werk je ook met echtparen waarbij er sprake is van palliatieve zorg?
‘Niet zo vaak. Ik ben wel betrokken geweest bij een jong stel waarbij de vrouw palliatief was. Haar man vertelde mij kort na haar overlijden dat ze voor zij stierf, ik geloof zelfs op de dag van haar euthanasie, nog intiem waren geweest.’ Dat was voor hen belangrijk en fijn. In zo’n situatie is het de vraag in hoeverre je nog partner kunt zijn omdat je ook degene bent die zorg verleent. Het is denk ik belangrijk dat je de kleine rituelen, die je samen als stel hebt, in stand probeert te houden. Als je bijvoorbeeld altijd ’s avonds samen op de bank naar het journaal kijkt met een kop koffie en daarbij gezellig tegen elkaar aan zit, blijf dat dan doen. Ook als iemand ziek is, ook in het verpleeghuis. Dat soort rituelen zit zo diep in het geheugen en kan helpen de relatie te ervaren zoals die was voordat iemand zorg nodig had.’
Seksualiteit en intimiteit zijn belangrijke aspecten van het menselijk leven, ook binnen de context van palliatieve zorg. Het bespreken en ondersteunen van deze onderwerpen kan echter uitdagend zijn voor zorgverleners en naasten. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat patiënten zich gezien en begrepen voelen in hun behoeften en wensen op het gebied van seksualiteit en intimiteit, zelfs in de laatste fase van hun leven? Dinsdagavond 24 september 20.00 uur webinar 'Seksualiteit en intimiteit in de palliatieve fase'. Meer informatie en inschrijven? Klik hier.