‘Ik ben niet bang om dood te zijn, wel om dood te gaan’. Die herkenbare woorden hoorde ik in een podcast met Sander de Hosson. Doodgaan gaat over afscheid nemen, over verliesverdriet. Je raakt iemand kwijt of iemand raakt jou kwijt. En dan?
Er is gelukkig steeds meer aandacht voor verliesverdriet. Luisterende oren, monden die de goede woorden zeggen, handen die verzorgen en een afscheid mooier maken. Harten die in de buurt blijven, benen die uit het lijf gelopen worden. En dat helpt. Het gaat alleen nooit over. Door die liefheid of door de tijd gaat het wel steeds meer van hoekig naar rond. Wat heb jij daarbij nodig?
Wat mij hielp en nog steeds helpt is iets gaan maken. Met mijn handen en mijn hart. Het gaat niet om het resultaat, niemand krijgt het te zien. Het gaat om het maken zelf. Ik luister eerst naar mijn verdriet door me te focussen op het gevoel rond mijn hart, in mijn buik en al die plekken in mijn lijf waar verdriet kan zitten: pijntjes en pukkeltjes. Het verdriet wordt bijna grijpbaar. Dan ga ik maken. En dat is fijn om te doen. Het verliesverdriet mag er zijn, het laat zien dat ik heb liefgehad.
Dwalen over een vel papier met een pen of potlood kan al genoeg zijn: ik maak een kronkelende reis op mijn eigen tempo, zonder verwachtingen. Of ik ga plaatjes uit tijdschriften scheuren, op de kleur van mijn gevoel of de vorm van iets wat ik mis. Dat plak ik dan weer tot een beeld dat mijn verliesverdriet laat zien, of dat me troost of waar ik mijn boosheid op los kan laten. Kleurtjes zijn ook boeiend: daaraan merk ik dat verliesverdriet niet alleen zwart is, maar ook roze of geel of oranje van de herinneringen. Ik doe maar wat en dat is goed. Het geeft ruimte, van binnenuit.
Auteur Hilde Kokshoorn: 'Omdat het mij helpt, helpt het anderen vast ook. Ben je geen maker, dan heb je geen idee waar je moet beginnen. Ben je wel een maker maar maak je al een tijdje niet, dan kan een zetje je misschien uit je verliesgroef halen. Ik heb daarom mijn favoriete 5 maakopdrachten gebundeld in het maakboekje ‘Jouw rouw, niet praten maar maken’. Creatief talent is niet nodig, niet kunnen tekenen is geen belemmering.'
Foto: Amauri Mejía