In het hospice ontmoet ik een jonge vrouw. Door haar grote krullenbol lijkt haar bleke gezicht nog smaller dan het al is. Ze zit in bed en kijkt me vragend aan. Ze vraagt zich vermoedelijk af wie ik ben en wat ik kom doen.
Ik vertel haar over mijn werk: beeldende begeleiding. Dat heeft wat uitleg nodig. Ik vertel dat gasten van het hospice het soms fijn vinden om iets kleins te maken of te schrijven. Iets schilderen, boetseren of een doosje uitkiezen en daar een briefje in doen. Sommige mensen vinden het prettig om hun aandacht even op iets anders te richten. Ook zijn er mensen die geraakt zijn door het idee een persoonlijk geschenk te kunnen maken voor iemand die hen lief is. Dat laatste spreekt haar aan. Ze vertelt dat ze afgelopen week een kleine, ronde steen van haar beste vriendin heeft gekregen. ‘Ik neem dat steentje iedere avond, als ik ga slapen, in de hand. Dat voelt fijn en veilig.’ Ze is even stil en zegt dan peinzend: ‘Ik heb twee vriendinnen die me heel dierbaar zijn. Ze zijn me tot grote steun. Zoiets zou ik hen graag willen geven, iets om vast te kunnen houden.’ We praten erover door. Ik vraag of ik verschillende soorten stenen voor haar zal meenemen en of zij zelf misschien met klei vormen wil maken en die met verf een kleur wil geven. Haar ogen gaan stralen. ‘Ja dat is mooi’, zegt ze. Ik heb het gevoel dat we niet te lang moeten wachten en stel voor om vrijdag terug te komen, dat is over twee dagen. ‘Heel graag, ik verheug me erop!’, is het antwoord.
Twee dagen later ben ik weer bij haar. Ze vertelt glimlachend dat ze aan haar vriendinnen heeft gevraagd wat hun lievelingskleuren zijn. ‘Ze snapten niet waarom ik dat vroeg en ik heb hen niets verteld.’ Ze heeft er pret om. Die ochtend vormt ze in haar handpalm twee kleine “houvastjes”. Ze plaatst met aandacht en liefde de top van haar vinger in de zachte klei. ‘Amuletjes met vingerafdruk’, zegt ze tevreden. Daarna brengt ze de lievelingskleur aan van degene voor wie het bedoeld is.
Ze geniet er erg van. Haar gezicht is zacht en blij. Ze wil de amuletjes ook nog lakken maar dat lukt haar vandaag niet meer. We maken een afspraak voor maandag. Ze is stil, kijkt me aan en vraagt: ‘Als ik het maandag zelf niet kan afmaken, wil jij het dan voor me doen? En wil je daarna de amuletjes aan mijn vriendinnen geven?’ Ik ben ontroerd door haar vraag en beloof haar dat ik het zal doen. We bespreken hoe ze het wil. Ze zoekt zorgvuldig twee mooie canvaszakjes uit mijn voorraad en kiest bij de door haar gemaakte vormen passende kleuren wol. Alles staat nu klaar.
Maandagochtend krijg ik bericht van het hospice dat ze overleden is.
Ik lak die week stil en met aandacht haar amuletjes met vingerafdruk en als ze goed zijn opgedroogd, vouw ik de gekleurde wol er om heen en doe ze in de door haar gekozen zakjes. Twee weken na haar begrafenis neem ik contact op met de vriendinnen. We maken een afspraak. Ik vertel hen over onze ontmoetingen: wat ze had bedacht, wat haar idee was achter de handvormen en wat ze me gevraagd had te doen. Daarna geef ik hen haar geschenk, de mooi gekleurde houvastjes, de amuletjes met vingerafdruk die ze met veel plezier en liefde voor hen heeft gemaakt.
Karin werkt als beeldend begeleider in de hospicezorg en schreef het boek Een luchtballon zonder koord. Het boek bevat verhalen over beeldende begeleiding van mensen in een hospice. Sander de Hosson schrijft in het voorwoord: “Dit boek laat zien dat deze begeleiding in het traject dat mensen in de laatste fase van hun leven afleggen, heel waardevol kan zijn. Ik hoop dat deze vorm van begeleiding een brede weg naar de zorg vindt.” Meer lezen over het bijzondere werk van Karin? Dat kan op haar website of lees het interview met Karin morgen op Carend.
Foto: Anja Barendrecht (zij heeft ook meegewerkt aan het boek)