Afgelopen jaar stond voor mij in het teken van een aantal doelen behalen. Na de diagnose kon ik het de eerste weken niet opbrengen om vooruit te kijken. Wat had het voor zin? Leven bij de dag was de beste keuze, ik wist tenslotte niet hoelang mij nog gegeven was. Ik trok me terug en dacht ‘laat mijn gezin maar verdergaan, dat moeten ze straks immers ook’. Tot ik, samen met mijn man, een gesprek had met een oncologieverpleegkundige van ‘Care 4 cancer’. Zij hield me een spiegel voor. Door me nu al terug te trekken uit ons gezinsleven zou ik hen kwijtraken. Het was niet aan mij was om wensen en gedachten voor hen in te vullen. Geloof me, dat deed even pijn maar het zette me wel even met beide voetjes terug op aarde. Vanaf dat moment maakten we weer plannen, we zouden wel zien.
We planden de reis naar Noorwegen die we zouden gaan maken ‘als we later groot waren’ en ik wilde graag voor Groot verzet tegen kanker de Mont Ventoux lopen, samen met anderen van het Toon Hermans huis. Beide doelen heb ik behaald met mensen die me lief zijn. Ik heb mezelf ontzettend voorbij gelopen, ben fysieke grenzen over gegaan waar ik nog dagelijks last van ondervind, maar het was het meer dan waard! Het waren grote avonturen, het heeft mij en mijn gezin zoveel gebracht. Het was niet alleen de berg lopen met als doel de top bereiken, het was de reis ernaartoe, het samen doen, het delen van ervaringen, het er voor elkaar zijn.
Na 24 kilometer hield mijn lichaam er mee op, ik had nog anderhalve kilometer te gaan maar ik kon letterlijk niet meer. Mijn wandelcoach besloot samen met een verpleegkundige om me te laten stoppen. Weer een pijnlijke keuze maar het was de juiste. Uiteindelijk ben ik samen met mijn dochter, zus en wandelcoach over de streep gekomen maar ik kan me er nauwelijks iets van herinneren, gelukkig hebben we de foto’s nog.
Nu we een paar maanden verder zijn ondervind ik de weerslag van die kale berg op mijn leven. Hij heeft zoveel moois gebracht maar heeft er ook voor gezorgd dat er een barstje kwam in mijn zorgvuldig gecreëerde pantser. Ik had dat mezelf aangemeten om vooral niet het verdriet te voelen en voor iedereen sterk te blijven. De berg heeft het pantser volledig laten scheuren en het verdriet is in alle hevigheid naar buiten gestroomd. De zorgvuldig weggestopte gevoelens zijn naar de oppervlakte gekomen en ik kan nu niet anders doen dan ze voelen. Boosheid op mezelf, op de wereld en alles en iedereen, verdriet over de oneerlijkheid van het leven, ongeloof dat het leven op kan houden terwijl ik daar echt nog niet klaar voor ben. Ik had gehoopt dat ik mijn leven van voor de diagnose terug zou krijgen als ik genoeg mijn best zou doen en hard genoeg zou trainen.
Ik zei tegen iedereen dat ik mijn ziekte, en de gevolgen daarvan, erkend en geaccepteerd had maar niets is minder waar. Blijkbaar kan ik dat nog niet en heb ik mezelf en anderen een beetje voor het lapje gehouden. Ik vind dat ik sterk moet zijn, te allen tijde, terwijl ik dat van een ander nooit zou verwachten. Ik moet het monster dus in de ogen kijken en de emoties doorvoelen voor ik mijn palliatieve status kan aanvaarden. Misschien lukt dat aanvaarden me nooit, wie zal het zeggen. Vanaf nu ga ik sterk zijn in in het ‘niet sterk’ zijn. Kom maar op gevoelens, ik ben niet meer bang voor jullie.
Over de foto vertelt Yvonne: 'De foto zegt voor mij alles. Marleen, mijn wandelcoach, troost me, honderd meter voor de top van de Mont Ventoux, terwijl we wachten op mijn dochter en zus. De ambulance had me op dat punt afgezet om uit te rusten nadat ik niet meer verder kon. Het symboliseert voor mij de grens waar ik overheen ben gegaan, maar ook wilskracht om iets toch te doen als het eigenlijk niet kan.'