Wachtruimte

Auteur: Afke Bohle - dochter
11.10.2022
Wachtruimte
Auteur: Afke Bohle - dochter
11.10.2022
*De moeder van Afke werd in het voorjaar van 2021 geconfronteerd met de diagnose longkanker in een vergevorderd stadium. Ze koos voor kwaliteit van leven en wilde geen levensverlengende behandeling of verdere onderzoeken. In september 2022 overleed ze in hospice Demeter in De Bilt.*

De geluiden op straat, ze zijn te luid en te fel vandaag. De mensen kijken te boos en te blij tegelijkertijd. Of ligt het aan mijn korte lontje?
De koelkast is leeg op een aangebroken pot augurken na. De drempel om boodschappen te doen is hoog. Hier binnen is het veilig, bekend en klein. Hier vind ik voorspelbaarheid, zelfs de rommel kan ik categoriseren. Een fijne tegenhanger van de onzekerheid rondom de gezondheid van mijn moeder die met me doet wat hij wil. Op maandag ga ik uit van het ergste scenario, op dinsdag van de feiten, op woensdag leef ik vanuit vertrouwen, op donderdag voert een onheilspellend buikgevoel de boventoon en op vrijdag mag het zijn zoals het is.

We bevinden ons in een soort niemandsland, in mist gehuld en zonder wegwijzers. Alles gaat hier traag, als dikke stroop, terwijl de buitenwereld verder raast. Iedere dag is het afwachten of er ergens een luikje met nieuwe informatie openspringt. Er zijn verhalen over mensen die hetzelfde hebben meegemaakt en die er bovenop zijn gekomen. Er zijn verhalen over mensen die hetzelfde hebben meegemaakt en die het niet hebben gered. Dood gaan we allemaal, houd ik mezelf voor.

Ik kan de weg naar het nieuwe ziekenhuis inmiddels dromen. Net als vroeger, in mijn jeugd, toen mijn vader ziek was en uiteindelijk overleed. De geur van verse koffie, de smaak van de gevulde koeken, de deinende heliumballonnen in de kiosk, alles komt terug. Het ziekenhuis als vreemde mengeling van vertrouwdheid en onveiligheid. Het is alsof er niets is veranderd in de afgelopen decennia.
Vandaag hebben we een eerste gesprek met een longarts, in opleiding. Dat laatste nodigt uit om in contact te blijven met mijn anker van binnen en de ervaringen van vroeger niet de boventoon te laten voeren. De enkele gesprekken waar ik destijds bij mocht zijn met mijn vader gingen over kankercellen, bloedwaarden en de nieuwe aanvalsstrategie. Als een militaire operatie. Alsof de mens zijn lichaam afleverde en hij en zijn gezin er even niet waren.
Nadat mijn vader was doodgegaan, verpakte ik mijn boosheid en verdriet in een brief aan de oncoloog.
Waarom heb jij mij nooit iets gevraagd? Wat ik denk ik bedoelde was: Waarom heb je mij nooit gezien?
Een antwoord is tot de dag van vandaag uitgebleven. Misschien is mijn brief, met zorgvuldig versierde envelop en naam, zoekgeraakt in de grote informatiestroom en snelheid van het ziekenhuis. Misschien was er geen antwoord.

Mijn moeder en ik volgen route 52 en zoeken het meest beschutte plekje in de wachtruimte van het longcentrum. "Het is in ieder geval droog gebleven,' zeg ik. Wat dat toevoegt aan de situatie weet ik niet, maar voor iedere andere zin of stilte duwt de spanning te hard op mijn keel. Een jonge vrouw in witte jas loopt voorbij. Een mondkapje verbergt haar neus en lippen, maar haar ogen verraden een glimlach. Haar verschijning is licht en open. Laat haar het zijn.

Zij is het: de longarts in opleiding. En ze is precies zoals ik haar zag en voelde in de wachtruimte. Er is ruimte voor de schrik van het onverwachte nieuws en voor de verhalen van vroeger, die angst en wantrouwen meebrengen naar het hier en nu. Ze heeft de tijd, durft stiltes te laten vallen en vertelt ons wat het plan is, met welke reden en herhaalt dit net zo vaak tot mijn moeder het helemaal begrepen heeft.
'Wat wilt u?' vraagt ze mijn moeder, terwijl ze een stukje dichterbij komt en de blik van mijn moeder zoekt. 'Dat is mijn vertrekpunt.'
Oogcontact, wat een krachtig middel, als je de ander daarin mag ontmoeten. Deze vrouw heeft de moed om arts en mens tegelijk te zijn.
Mijn moeder voelt dit ook en alsof er een last van haar schouders glijdt fluistert ze als we even later alleen gelaten worden om alles wat te laten bezinken: 'Wat is zij lief.'
'Ja,' zeg ik, met een hoopvol hart. 'Alles is anders.'

Mijn telefoon gaat. ‘Thuis’ lees ik op het scherm. Warmte stijgt op naar mijn hoofd en het zweet breekt me uit. Heb ik alles wel goed afgesproken met de moeder die de kinderen mee zou nemen uit school?

'Mama?' roept een meisje van vier door de telefoon.
'Hee lieverd, we zitten nog in het..'
'Mama? Geef oma!'
'Nee lieverd, dat gaat nu even…'
'Ik móet oma even!'
Mijn moeder gebaart dat het goed is en neemt de telefoon over.
'Ha lieve kleine schat van oma, wat..'
'Oma? Oma ik heb een nieuwe knuffel gekregen van Bart zijn moeder, wil je hem zien? Oma, als je weer beter bent, komen we samen logeren bij jou.'

----- Heb jij jezelf ook voorgenomen (vaker) een column te schrijven over je ervaringen met palliatieve zorg? Wij kijken uit naar jullie verhalen. En op dinsdagavond 18 oktober 2022 verzorgt Carend in samenwerking met journalist / auteur / blogger Rob Bruntink een workshop [Columns schrijven over palliatieve zorg](https://carend.nl/webinar/columns-schrijven-over-palliatieve-zorg). -----

Foto: bea8476 / istockphoto.com